Een medicijn bevat één of meerdere werkzame stoffen. De werkzame stof zorgt voor het effect van het medicijn, bijvoorbeeld het verminderen van pijn, het verlagen van koorts of het doden van een bacterie. Naast de werkzame stoffen bevat een medicijn ook hulpstoffen. Een zetpil heeft bijvoorbeeld een vette basis. Zo kan het medicijn gemakkelijker worden toegediend. Een tablet kan een maagsapbestendige coating hebben. Dat zorgt ervoor dat de werkzame stof niet wordt afgebroken door het maagzuur. De hulpstoffen zorgen ervoor dat de werkzame stof op de juiste plaats terecht komt en daar zijn werk kan doen.
Content